Variabel of vast
Uw maandlast bestaat naast aflossing ook uit rente. En ook die kan 30 jaar lang vastgelegd worden. Maakt u die keuze, dan bent u dus zeker van een lastenpatroon dat 30 jaar lang vast ligt. Een rustgevende gedachte.
Vrijwel altijd echter zal een 30-jaar-vaste rente een hoger percentage kennen. Het korter vastzetten van de rente kan dan ook vaak een aanzienlijke besparing van de maandlasten opleveren. De vraag is echter wel in hoeverre dit verantwoord is. Een kortere rentevaste periode betekent immers dat direct na afloop van die periode, het rentepercentage kan wijzigen. Omlaag. Maar ook omhoog. En een renteverhoging mag de financiële planning binnen het gezin niet in gevaar brengen.
Rentevaste periodes
Om uw hypotheeklasten zo laag mogelijk te houden kunt u dus kiezen voor een "korte" rente. Om daarentegen zoveel mogelijk zekerheid in te bouwen kunt u kiezen voor een "vaste" rente. Daarnaast zijn diverse "beschermingssystemen" mogelijk.
De mogelijkheden op een rijtje:
- kort: variabel, 1, 2 of 3 jaar
- vast: 5 tot en met 30 jaar
- beschermingssystemen: rentemiddeling, bandbreedte en renteplafond
Op de volgende pagina’s vindt u meer informatie over de verschillende rentevaste periodes. Onder "indicatie" vindt u de thans gebruikte rentepercentages. Houdt u er rekening mee dat dit "vanaf"-percentages zijn.
En tot slot vindt u onder "grafiek" de verhouding weergegeven tussen de rente op de kapitaalmarkt en die op de hypotheekmarkt. Het is een hulpmiddel om de hypotheekrente voor de komende twee weken in kaart te brengen. Ook al is de uitkomst geen "voorspelling", maar een "verwachting", het blijkt vrij vaak correct te zijn.
De keuze voor het voor u meest geschikte rentetype is een moeilijke. Moeilijk, omdat juist de persoonlijke omstandigheden daar zo belangrijk bij zijn. Daarnaast is ook de keuze voor de juiste hypotheekvorm geen gemakkelijke. Ook daar spelen immeres tal van persoonlijke factoren een maatgevende rol. En wanneer u weet dat veel verschillende systemen onderling uitstekend combineerbaar zijn.
Variabele rente
Bij deze rentevorm stelt de geldgever/bank iedere maand de rente opnieuw vast. Deze "dagrente" is doorgaans lager dan de "vaste" rente. En met de variabele rente kunt u dan ook aanzienlijk goedkoper uit zijn. Nadeel is echter wel dat de maandlasten constant onzeker zijn. Iedere wijziging kan immers omlaag zijn, maar uiteraard tevens omhoog. De variabele rente is dan feitelijk ook uitsluitend geschikt wanneer een forse renteverhoging niet tot financiële problemen kan leiden.
Inlooprente
Veel banken kennen deze mogelijkheid. Tijdens de inlooprente, die doorgaans slechts een of twee jaar duurt, heeft u de mogelijkheid zelf het moment te kiezen waarop u over wilt stappen naar een langer rentecontract. Een goede mogelijkheid wanneer u verwacht dat de rente nog zal dalen. Om de kans te voorkomen dat u bij een onverwachte rentestijging te laat zou reageren, bieden sommige geldgevers de mogelijkheid uw wensen vooraf op te geven.
Rentebedenktijd
Ook dit geldt doorgaans slechts een of twee jaren aanéén. En ook hier gaat het om een periode dat u kunt wachten op een rentedaling. Bij rentebedenktijd wordt echter tevens de mogelijkheid geboden om deze faciliteit achteraan een rentevaste periode te "plakken". Bijvoorbeeld vijf jaren vast plus twee jaren rentebedenktijd. Totaal zeven jaren dus. Zeven jaren zekerheid, met de mogelijkheid gelijk na vijf jaren al over te stappen naar een ander rentecontract.